Kalender
Eendaagsen Hier vind je de verslagen van onze eendaagse tochten. Ieder lid is vrij om van een tocht een verslag op te sturen. Lees verder... |
||
Korte Meerdaagsen Verslagen over kortere meerdaagsen, zoals een Tweedaagse, onze Vogezenvijfdaagse en andere soortgelijke fietsevenementen kun je hier vinden. Lees verder... |
||
Reisverslagen Naast de vorige verslagen kun je ook voorstellen dat onze leden met de fiets op stap gaan voor een langere fietsreis. Meerdere leden doen hier verslag van. Lees verder... |
||
Specials Verschillende leden hebben een speciale berg beklommen. Van dit evenement hebben deze leden apart van elkaar een verslag geschreven. Dit noemen wij specials. Lees verder... |
||
Andere activiteiten Onze club heeft een Evenementencommissie die naast het fietsen ook andere activiteiten, zoals Handboogschieten en een Familiefietsdag, organiseren. Van deze evenementen kun je hier de verlagen vinden. Lees verder... |
||
Uit de oude doos... Gerrit van Heeswijk heeft de geschiedenis van het begin van WTC de Hellen vastgelegd. Lees verder... |
Het gebeurde op die merkwaardige 2e zondag in mei 1980 dat het ’s morgens om 9 uur druk was in De Deel. Diverse echtgenotes genoten die ochtend van de afwezigheid van hun echtgenoot en bleven zo gespaard van bepaalde avances van manlief omdat deze de oproep van Ad Schrijver in het Hellenkrantje gelezen hadden: “Kom op zondagochtend naar de Deel om nou eens samen te gaan fietsen, i.p.v. allemaal apart.” Ietwat onwennig toog ook ik naar deze fietsers-bijeenkomst met mijn Koga Miyata-Gents racer, met maar liefst 10 versnellingen en remkabels, die mooi strak vanuit de remgrepen omhoog liepen om met een sierlijk boogje om te keren en naar de remmen voor en achter te lopen. De zwarte fietsschoentjes, met veters strak dichtgedaan, goed gepoetst, vonden hun plaats in glimmende toe-clips, voor de zekerheid met een leren riempje vastgezet. De katoenen broek kwam halverwege de dijen (nu dameshoogte/lengte) en het eveneens katoenen shirt had bij sommigen zelfs knopen op de zakken. Het hoofd werd bij sommigen beschermd door een met paardenhaar gevuld leren worsten helmpje (de voorloper van de huidige aerodynamische schedelbeschermers), anderen droegen zoals ook nu nog gebruikelijk is een mooi petje met wervende teksten als Gazelle of Peugeot. |
Een zeer bont gekleurd gezelschap stond mij op te wachten, al even onbekend met wat komen ging: strak geklede heren met racefiets en enkele heren (en zelfs dames) in vrijtijdskleding met hun door-de-weekse fiets, enkelen zelfs met een stoer ‘Hollands’ model, kanvasfietstassen achterop en de verrekijker om de nek: We gingen immers toch fietsen? Binnen legde Ad uit wat de bedoeling was en waar we heen gingen: een soort vier bultjesroute maar dan zonder de eerste twee bultjes. Na het vertrek bleek al spoedig dat enkele mensen de oproep van Ad inderdaad verkeerd begrepen hadden: reeds op het einde van de Rielse dijk (die toen overigens nog geen tunneltje kende en waar je door auto’s nog zeer vaak ingehaald werd) waren we deze natuurliefhebbers al kwijt. Ik denk dat ze ter hoogte van het toenmalige café “De Vriendschap” (Joske de Boer voor de kenners onder ons) linksaf naar de Regte Hei gefietst zijn, misschien wel verwensingen over het tempo slakend. Ook in die eerste maanden moet het onderwerp tempo al veelvuldig besproken zijn en wat dat betreft zijn we nu dus even ver als 22 jaar geleden. |
Gerard Vissers, Christian Uhlich, Gert-Jan Mols, Noud Bertens, Peter Flipsen, Jack van Amelsfort, Ton van Breugel, Hans Priems, Ad van der Sluijs en Gerrit van Heeswijk. |
De geruststellende mededeling dat het er nog ca 20 zouden zijn stelde hem enigszins gerust, maar toen het er meer dan 40 bleken te zijn heeft hij mijn aanwijzingen omtrent lengte van een tocht jarenlang niet meer geloofd. Hij kan er nog om vloeken (nu met een lach erachter). De deelnemers van de Midzomertocht naar Twente weten het nog wel: we zaten in een café in Nijverdal naar de TV te kijken (zij tenminste, want ik las de krant) en genoten van de finale, vooral toen bleek dat Nederland gewonnen had. Die vreugde was algemeen zo bleek enkele kilometers verder: in Vriezenveen was de bevolking uitgelopen om op straat een feestje te vieren en juist op dat ogenblik passeerden wij het dorp. Temidden van de uitgelaten bevolking greep onze voorzitter (Noud Bertens) van een van de feestvierders het glas bier vast dat hij aangereikt kreeg en klapte meteen daarna tegen de grond, wat nog meer hilariteit opwekte. De bevolking jonaste onze volgwagen wat voor de bestuurder (Jack van Amelsfort) enkele zenuwachtige momenten betekende. In Zuid-Limburg genoten we van de gastvrijheid van een wel zeer strenge gastvrouw die via korte commando’s de theedrinkers bij de theedrinkers zette en de koffie-drinkers bij de koffiedrinkers. Je mocht daar bijna niets en toch was het gezellig. In Walcheren genoten we van de kracht van enkele leden (o.a. Hans de Brouwer) toen we na het vertrek op zondagmorgen tegen de wind en regen in de Westkapelse zeedijk voor de wielen kregen. Na een zeer stille avond in de jeugdherberg waar Walter van Baast zijn clubshirt ophing tussen allerlei andere shirts en relikwieën (uiteraard na eerst versierd te zijn door enkele smeuïge teksten van o.a. Ad Kas en Reinier Kole) en waar de stilte van het dorp Serooskerke te voelen was na een wandeling die liet zien dat daar de TV nog niet was doorgedrongen en de mensen nog onbezoedeld waren. Op het moment dat dit stukje geschreven werd, was nog niet bekend hoe de tweedaagse naar Kevelaer verlopen was, maar duidelijk moge zijn dat er veel moet gebeuren om ervoor te zorgen dat ook deze tocht een dusdanige herinnering oplevert dat hij voor het nageslacht bewaard blijft. |
Als op 21 september 1980 nog lang niet iedereen wakker is in De Hellen, staan op de stoep van de Deel al ca 18 fietsen geparkeerd: nadat de Tilburgse club “Pijnenburg” al enkele jaren reclame maakte met Tilburg-Vaals, denken de heren van de Hellen dat ze dat zelf ook wel kunnen en is de clubrit Goirle-Vaals geboren. Ook deze rit heeft een tijdlang een apart leven geleid in de vereniging, ware het alleen maar omdat in die jaren het sociale aspect ook telde: het waren namelijk de jaren dat op zondag na de wekelijkse rit de vrouwen met de kleintjes naar de Deel kwamen, om daar hun echtgenoten (of vriendje) op te wachten en na gezamenlijk koffie gedronken te hebben, weer huiswaarts keerden. Vanuit dat kader bezien was het niet verwonderlijk dat het de rit van Goirle naar Vaals maar niet terug was. Het was de rit waarin de dames van de deelnemers zo goed waren om hen in het onderste puntje van Zuid-Limburg op te komen halen. Een dame werd door haar vader opgehaald: we hadden ook in dat eerste jaar al een vrouwelijk lid (Sjannie Bloemen) die de eer van de vrouwen hoog zou houden en dat ca 3 jaar gedaan heeft, waarna ze verslingerd raakte aan een ander lid (Gerard Vissers), met hem trouwde en Goirle verliet.
|
Toen waren de Limburgse heuvels nog hoog genoeg voor ons, nu zoeken we liever de Ardennen op om te onderzoeken of we al sterk genoeg zijn. Maar op de Vaalserberg volgde elk jaar de apotheose van de tocht als onze vrouwen op die berg met bloemen in de hand stonden te wachten op de aankomst van hun mannen, en de kinderen hun vaders met bloemen konden fêteren.Eénmaal hadden we de euvele moed om eens te gaan kijken (als voorbereiding) of het parcours geen vervelende verrassingen voor ons in petto had: we besloten met z’n vieren (Ries van der Linden, Gerard Vissers, Wout Verhoeven en ik) op een zonnige dag de route Goirle-Vaals voor te rijden en ook maar gelijk terug te fietsen. Dat dit dagrecord van ca 315 km later niet meer verbroken is zal weinig mensen verbazen. Maar vraag Wout Verhoeven nog maar eens naar zijn ervaringen van die zeer warme terugtocht en wat hij met die liter druivensap -recht uit de koeling- deed. Maar ook hier is de klad in gekomen: op een gegeven moment hadden de dames niet meer zoveel zin om alweer die fietsers op te gaan halen in het diepe zuiden van ons land. Maar omdat wij het niet konden laten werd er een bus geregeld die ons thuis zou brengen. Dat dit duurder zou zijn dan eigen vervoer bleek al heel snel, reden waarom deze tocht later van de kalender verdwenen is. Wat bleef er over? Het uitstapje Limburg! Ieder jaar weer nemen we zelf de auto mee om hem Limburg te laten zien, en terwijl het vehikel op een parkeerplaats staat te wachten tot het zootje weer aan komt rijden genieten wij van ons jaarlijkse uitstapje waarvan nu een ieder weet hoe het geboren is. |
“Voor U ligt een “mededelingenblad”. We hebben geprobeerd op deze manier wat informatie samen te vatten die voor het komende seizoen van belang zou kunnen zijn.” Deze zin van de toenmalige voorzitter Ries van der Linden stond op de eerste bladzijde van het eerste mededelingenblad van onze vereniging. Nummer 1 dus! Voordat hij in zijn intro iedereen “veel fietsplezier zij dan Uw deel in 1981” gewenst had, gaf hij ook aan dat door “Het plezier en het fanatisme waarmee vorig jaar door een aantal mensen de nodige kilometers bij elkaar zijn gefietst, voor een stel superfanaten aanleiding geweest is de zaken eens flink aan te pakken” een club opgericht was. Zouden wij ons bestuur ook als een stel superfanaten willen bestempelen? Onze eerste voorzitter was een man met een brede blik. Zo zag hij al dat verzekeren zijn voordeel kon hebben, want “Zit iemand te pitten op z’n fiets met als gevolg een valpartij van een man of tien, twee auto’s in de sloot en een meevaller voor de fietsenboer”, dan hoefde dat niet altijd “tot grote financiële malheur te leiden”. Ieder lid van onze club weet dat dit nog altijd een belangrijk item van de vereniging is. Plannen waren er genoeg in die tijd.
|
Zo stelde hij voor “een klassementje voor een aantal woensdagavonden” en dan “eenmaal in de drie weken punten tellen” of een “interne wedstrijd op het circuit van de Beekse Bergen”, “hometrainerwdstrijden” en “familiefietstochten”. De beruchte hardrijders werden echter ook niet vergeten en iedereen was welkom die “over een redelijke fiets beschikt en zich zelf in staat acht hierop twee uur lang te blijven zitten”. Wat dat redelijke en die twee uur en het tempo betreft zijn we wel wat gegroeid in de afgelopen jaren. Toch was het uitkijken in die dagen voor mensen die dachten dat je met een gewone fiets ook lid kon worden en mee kon fietsen want een enkele activiteit –de woensdagavond- was toch echt niet voor hen: Neen: “Leden met een zogenaamde “oma’s-fiets” wordt deze happening ontraden. Dat was toch duidelijke taal nietwaar? Het voorzichtigheidsprincipe liet hij ook nog eens horen (lezen) aan het eind van het blad waarop hij schreef dat het dragen van valhelmen toch heel erg nodig was (zie ook het artikel “De 12 artikelen van WTC De Hellen” in blad 98 op pagina 13, punt 7): “ieder z’n kop is even hard; de stoeprand is het hardst”. Klare taal die nog steeds geldt!! Hoe zag het 1e nummer van de reeks van 100 er uit? 13 enkelzijdig bedrukte pagina’s met de typemachine getypt, zonder foto’s, tekeningen of reclames, maar met een toerkalender en de routes die gefietst werden. Door “superfanaten” goed bewaard als onderste exemplaar van een stapel van 100. Op naar 101 en verder. |
Mont Ventoux De berg waar zoveel over geschreven is. De berg die iedere fietser eens in zijn leven zeker een keer bedwongen moet hebben. Van vier kanten te beklimmen. Stuur je verslag in, graag met foto's. Je bent al lang niet meer de eerste. Lees de verslagen en bekijk de foto's... |