De weersvoorspelling was uitermate gunstig voor de rit in Limburg. De hele week ervoor was het al aardig lenteweer, dat was natuurlijk goed meegenomen. Daarom waren we ook met maar liefst 40 aangemelde leden en 1 niet aangemeld lid.
Raymond had op voorhand een mooi schema gemaakt, met route, startplaats, rustplaats en indeling van de groepen. Ook had hij er twee routes bijgedaan, eentje van 120 km en eentje van 100 km.
Ikzelf zat in groep twee, en we besloten om de 120 km te rijden, want voor minder waren we niet zo vroeg ons bed uitgekomen. Keurig op tijd kwamen we in het mooie plaatsje Moorveld aan bij de kerk waar velen van ons eerst een plasje moesten doen. Ook Anita Drijvers moest zeer nodig en zocht snel een geschikt plekje. Gelukkig kon ze in de kerk terecht voor de nodige boodschap!
Iedereen maakte zich klaar voor een toffe dag. Alleen de zon was nog niet aanwezig, dus velen twijfelden nog met wat aan te trekken. Jas met lange mouwen, beenstukken of niet, enzovoorts. Zelf koos ik voor korte broek en jas met lange mouwen. In het begin was dat toch even wat fris aan de benen.
Bij de eerste afdaling en eerste bocht, ging Wil Swaans heel hard onderuit. Ik reed zelf wat op de achtergrond, want ik ben niet zo'n al te beste afdaler en waaghals. Al gauw stond onze dappere krijger weer op. Wil bleek flink gevallen te zijn, want hier en daar was er wel wat bloed te zien op zijn handen en armen. Zijn fiets kwam er iets minder goed vanaf: een slag in zijn achterwiel was het resultaat. De reden van de val was ons allen onduidelijk, maar we waren wel enorm geschrokken. Zowel onze groep als groep drie, die ons voorbij kwam, was duidelijk aangeslagen.
Onze groep was even stil in de volgende kilometers. We hielden met een paar man onze vriend Wil in de gaten, want met klimmen en afdalen had hij toch last van het achterwiel. De slag in het wiel leek steeds erger te worden. We besloten, onder leiding van Piet van Tongeren en Sjef Verhoeven, om uit te kijken naar een fietswinkel langs de route.
Ergens onderweg zag iemand van de groep een bord van fietsshop Heuvelland. Deze shop was ongeveer twee kilometer uit de route in het dorpje Banholt. Eensgezind besloten we om daar naartoe te rijden om de fiets te laten maken. Even sputterde Wil nog tegen, maar nadat Sjef hem duidelijk had gemaakt dat hij mee moest, gingen we toch die kant op. De man van de zaak kon het wiel wel maken. En na een extra pauze van een half uurtje, vervolgden we onze route.
Richting Camerig en tevens de rustpauze gingen we groep drie voorbij, die ons door onze extra pauze had ingehaald. Zodoende kwamen de twee groepen bijna gelijktijdig aan bij het rustpunt. Groep één was al duidelijk voorzien van koffie met een heerlijk stuk gebak. En al snel na onze komst reden deze 'snelheidsduivels' weer weg.
Ondertussen kwam het zonnetje er lekker door en velen van ons zochten een plekje op het terras op in de zon. Toon Verdaasdonk had intussen de portemonnee gekregen van Raymond. Dus Toon werd gebombardeerd tot penningmeester.
|
|
Koffie met een lekker stuk gebak ging er bij velen goed in. Toon vertelde aan onze tafel, dat je van vanaf dit terras Aken kon zien liggen. Door de bomen zagen we inderdaad een stadje liggen, maar al snel bleek de info van Toon niet te kloppen. De serveersters vertelden ons dat het gewoon Vaals was. Natuurlijk werd deze info met veel jolijt en een lach ontvangen. Toon werd er nog even op geattendeerd dat zijn topografische kennis niet al te best was en dat we met hem niet gauw naar Parijs zouden willen rijden. Want we zouden waarschijnlijk ergens in Turnhout uitkomen. Toon merkte wel op dat we in het plaatsje RUST waren, want dit gaf de gps aan op het scherm. Na een enorme lach vervolgden we onze weg. We hadden nog heel wat kilometers en heuvels voor de boeg.
Het zwaarste stuk moest nog komen. Achtereenvolgens reden we de Wolfhaag, de Vaalserberg en de Wahlwiller op, richting de beruchte Eyserbosweg. Bij het beklimmen van deze korte maar zware heuvel kreeg Chris Kinders krampen en moest hij afstappen. Helaas is hier geen beeldmateriaal van! Marit Gresnigt, die op alle heuvels tot dan toe als een volleerde berggeit naar boven reed, had het hierna toch wat moeilijk. Haar benen begonnen een beetje zwaar te worden. Maar dit gold natuurlijk voor meerdere fietsers in onze groep, onder wie mijzelf.
In de buurt van het eindpunt kwamen we nogmaals groep drie tegen. Per slot van rekening hadden de fietsers in deze groep een lusje overgeslagen, omdat zij de route van 100 kilometer hadden genomen. Uiteindelijk arriveerden we na een mooie, zonnige rit weer in Moorveld.
Daar hoorden groep twee en drie dat Jan van Nunen een aanrijding had gehad met een politiewagen, Gelukkig was dit zonder al te grote gevolgen! Ook ikzelf constateerde dat ik wat geluk heb gehad onderweg, want in mijn voorband zat een knik. Dit merkte ik op, net toen we Moorveld binnenreden. Gelukkig maar dat dit aan het einde van de rit was en niet in het begin, want verder rijden was onverantwoord.
Al met al beleefden we wederom een topdag met een mooie rit!
Een paar dingen die we geleerd hebben vandaag :
1. Afdalen moet je toch voorzichtig doen. 2. Klimmen doet ieder in zijn eigen tempo. 3. Gebak in Limburg is geweldig. 4. Fietsen in de zon is een genot. 5. Toon Verdaasdonk zijn topografische kennis is niet helemaal zoals die hoort te zijn! 6. Dat Piet Kuijten de grootste toneelspeler is die er bestaat. Hij had, volgens eigen zeggen, behoorlijk last van zijn liezen en wilde het, in groep 1, wel voorzichtig aan doen. Nou, .... op de Camerig en de Vaalserberg ging hij er, vanaf de achterste positie, als een speer vandoor. Hij liet ons gewoon stil staan. Alleen Dieter Dejonckheere kon uit zijn greep blijven. We hadden met Piet te doen maar dat was na die twee heuvels helemaal afgelopen. En we geloven hem in de toekomst noooooooit meer ......
|